Wat men moet weten over de Rhododendron


rododendron_1.jpg
De Rhododendrons zijn in het algemeen zuurminnende struiken tot kleine bomen met verspreid staande bladeren. Het aantal meeldraden bedraagt 5, 10 of 27. De bladeren hebben een gave rand en kunnen gegroepeerd staan aan het eind van de tak, wat tot een schijnkrans leidt. De bloemen staan vaak in eindstandige dichte of losse tuilen, maar kunnen ook alleenstaand zijn.


Rhododendrons geven de voorkeur aan een zure standplaats in lichte schaduw tot halfschaduw . Is het te donker, dan bloeien ze slecht. Bij te veel zon verdrogen ze gemakkelijk. De wortels moeten gelijkmatig vochtig worden gehouden, niet te nat of te droog.  Het vochtgehalte van de grond kunt u goed op peil houden door deze af te dekken met bladaarde.

IDEALE PARTNERS:
Rhododendrons zijn een beproefde achtergrond voor bolbloemen, vb narcissen en lelies. Hun volle vormen en stevige bladeren harmonieren ook goed met hortentia's . Ze kunnen eveneens met varens gecombineerd worden.Eigenlijk zijn alle zuurminnende planten goede partners bij Rhododendron enkele vb: Clethra alnifolia, Pieris, Erica en Caluna soorten.  Een bodembedekker die heel goed samengaat met Rhododendron is Waldsteinia ternata.

rododendron_2_1.jpg
VERZORGING:

Verwijder uitgebloeide bloemen.
Na de bloeiperiode heeft uw rhododendron voldoende voedsel nodig. In de handel is speciale traagwerkende mest verkrijgbaar. Niet meer bemesten na 20 juli.

Oudere planten met zijdelings uitgaande of aan de basis kale takken , moeten in het voorjaar kort na de bloei met een derde worden teruggesnoeid.  

Planten kan het ganse jaar, één voorwaarde is voldoende water geven. De beste periode is het najaar en de lente. Oudere struiken verplant je  best in het najaar. Geef oude struiken een kalkvrije, volledige meststof. Rhododendrons houden van een zure luchtige grond, Gebruik hiervoor een potgrond voor zuurminnende planten of witveen turf, ook bosgrond van naalbomen (pinus) kan je hiervoor gbruiken. Belangrijk is kalkvrije, zure, lichte grond met een ph waarde van 4.5 tot max 6.

In het voorjaar: Verwijder uitgebloeide bloemen, zonder de nieuwe scheuten te beschadigen. houd de grond gelijkmatig vochtig. U bevordert de vertakking door hier en daar een nieuwe scheut af te breken.

In de zomer: water geven.  Laat de oppervlakte van de grond af en toe opdrogen. Te veel water zou ongewenst uitlopen van de plant kunnen stimuleren. Eens de planten goed aangeworteld zijn hebben ze nog weinig extra water nodig.

Voor de winter: bescherming tegen vorst.  Geef nog maar zeer weinig water. Bij strenge vorst in combinatie met felle winterzon kan er droogteschade ontstaan. Water geven helpt niet!  Zorg dan voor schaduw met behulp van schermmatten van riet of textiel.

De wortels van rhododendrons en azalea's reiken tot aan het oppervlak! Daarom moet U daar ook niet wieden, harken etc. En voor onkruid en vochtbehoud is er maar één echte oplossing: mulchen. Turfmolm, sparren- en dennennaalden, gehakselde boomschors in stukjes niet groter dan 10 cm, verrot\gecomposteerd loof en grasmaaisel, dat niet dikker dan hooguit 5 cm mag zijn vanwege te veel afdichten van de grond! 

PROBLEMEN:
Gele bladeren zijn een symptoom voor gebrek aan mineralen (chlorose). Dit gebrek steekt de kop op als de grond niet voldoende zuur of doorlatend is. Geef de pant ijzer- en magneziumhoudende mest. Breng pH waarde omlaag naar 5 - 5,5 door turf toe te voegen

Verzamel pagina Overzicht